Of je nu naar een film of serie kijkt, bij het koffieapparaat of tijdens de borrel een gesprek over managers beluistert, zelden hoor je een positief verhaal over deze beroepsgroep. Veel werknemers zijn ontevreden en smachten naar een organisatie zonder managers. ‘Ondanks het management zijn we er in geslaagd er toch nog iets van te maken.’, hoorde ik onlangs iemand zeggen. Het volk op de vloer, waar de producten gemaakt en de diensten geleverd worden, beleeft vaak weinig vreugde aan de handelingen van ‘het management’. Is zelfsturing de oplossing?
De kleilaag
Ook de leiding aan de top van een organisatie heeft zo zijn zorgen over de verschillende managementlagen die in de loop der jaren zijn ontstaan en tussen hen en de mensen het feitelijke werk doen in staan. Men spreekt niet voor niets over de kleilaag in een organisatie. Besluiten van de top bereiken zelden ongeschonden de werkvloer. Reorganisatie na reorganisatie levert slechts een beperkt en tegenvallend resultaat op. Het creëren van een goed managementapparaat lijkt een onmogelijke opgave.
De goeroes van de zelfsturing
Het is dan ook niet vreemd dat er een markt voor ‘zelfsturingsgoeroes’ is ontstaan. Zij beloven ons het paradijs wanneer we het management afschaffen. Voor de top is er de belofte van bezuiniging, voor de bodem autonomie. Ook voorspellen deze goeroes een nieuw tijdperk en afhankelijk van de school waartoe zij behoren is dat van Aquarius of de evolutionaire-cyane organisatie. Het denken in kleuren is populair en belooft dat we in een dynamische spiraal naar een betere wereld transformeren. Om de markt in stand te houden bevestigen de meeste goeroes elkaar hierin. Ik heb hier moeite mee.
Neemt niet weg dat een wereld zonder managers mooi zou zijn. Een waarin mensen hun eigen doelen bepalen. Waar collega’s in vrede en liefde met elkaar samenwerken en het gezamenlijke doel boven het individuele plaatsen. Wat een mooie droom, maar zoals we weten zijn dromen vaak bedrog. Er komt geen revolutie, hoogstens een langzame transformatie waarover onze nakomelingen later in de geschiedenisboekjes zullen lezen. Maar voor ons is het een beetje aanmodderen.
Het optimisme
In tegenstelling tot veel mensen die hierover schrijven, deel ik het optimisme niet. Eerlijk gezegd gaan bij mij de alarmbellen rinkelen. Het is niet logisch wat zij voorspiegelen. Revoluties of paradigmaverschuivingen verlopen over het algemeen uiterst grillig, onzorgvuldig en pijnlijk voor de betrokkenen. Kijk maar naar de klimaatdiscussie en de agressieve uitingen van sommige boeren. Dat we nu op het gebied van organiseren en managen geschiedenis schrijven, daar ben ik van overtuigd. Dat het snel en zonder brokken tot dat ideale resultaat zal leiden veel minder. Er moet nog het nodige gebeuren wil dat een feit worden.
Betekent dit nu dat we zelfsturing moeten vergeten? Nee, natuurlijk niet, integendeel! Ik kan me geen manager voorstellen die geen zelfsturend team wil hebben. Stel je voor hoe relaxt het leven dan is. Mensen die hun eigen werk indelen, hun eigen problemen en conflicten oplossen. Het Walhalla voor de manager. Maar ook voor de leden van het team zelf werkt het bevrijdend omdat ze autonoom hun werk kunnen bepalen. Zelfsturing is het hoogste ideaal dat je als team kunt bereiken. Maar dat er dan geen managers meer nodig zijn, vergeet het maar.
Zelfsturing als ideaal
Zelfsturing is iets waar we naar moeten streven. Een horizon, die we waarschijnlijk nooit zullen bereiken, maar in dat streven, bij elke stap die we zetten, maken we onze teams, afdelingen en organisaties een stukje beter in het reageren op verandering. Dat is de waarde die ik zie in zelfsturende teams met nog steeds een manager, maar dan wel een die zijn macht gebruikt om het team te laten excelleren.