Altijd maar weer die ontkenning

Een tijdje geleden zag een aantal reacties in mijn LinkedIn timeline die mij bekend voorkwamen. Ze waren in de trant van: Agile, SCRUM het zijn maar methodes, waar het om draait zijn mensen die met elkaar samenwerken. De reactie kwam van een oude rot in het vak die al verschillende hypes had meegemaakt. Een ervaren iemand en hoewel (met uitzondering van Agile) zijn reactie logisch en waar is, denk ik toch dat deze een diepere weeffout in zijn mentale model verbergt. Ook werd even de vergelijking met PRINCE2 gemaakt, daarbij doelende op dat wat we nu zien dat dit vergelijkbaar is met de introductie van PRINCE2. Ik denk dat dit niet zo is en wel om een aantal redenen.

1) De invoering van PRINCE2 heeft voor een popularisering van het vak projectmanagement gezorgd, het vak op de kaart gezet en er daar mede voor gezorgd dat er een toename is geweest in het aantal projectmanagers. Agile daarentegen doet juist het omgekeerde en zorgt voor een vermindering van het aantal projectmanagers. Een projectmanager zou zich kunnen laten omscholen tot Product Owner (een inhoudelijke rol) of Scrum Master (een fasciliterende rol). Beide rollen hebben wel wat, maar toch niet veel overlap met de PRINCE2 projectmanagersrol.

2) Agile is een onderdeel van een veel algemener verschijnsel dat zich aan het voltrekken is en dat is een herschikking van de arbeidsverdeling. Naast de Agile rollen die een deel van de ‘projectenkoek’ opeten, hebben we ook nog de PMO professionals die veel werk uit handen gaan nemen en niet te vergeten de programmamanagers die zich een identiteit aan het verwerven zijn. Ook de behoefte en eis van werknemers om meer zelfsturing te krijgen is hierop van invloed.

Ja het draait om mensen die uiteindelijk het werk doen. Een methode is maar een methode, echter wanneer je het Scaled Agile Framework (SAFe) goed bestudeert dan zie je een beschrijving van regels voor samenwerking in een Agile omgeving die vele malen robuster is dan het P3O huis waar PRINCE2 toebehoort. Alleen de manual is al prettiger om beet te pakken.

Wat is er mis met het mentale model van de oude rot aan het begin van dit verhaal? Dat model wordt uitgedaagd en een van de overlevingsmechanismen die wij professionals hebben ontwikkeld is ‘bagatelliseren‘ en dat is precies wat hij deed. Ja het zijn mensen die het werk doen en een methode daar gaat het niet om. Er is wat blijvend veranderd en het is professioneel heel dom om dat te ontkennen.

Wil de echte leider opstaan

Weer een blog waarin ik mij laat inspireren door de tau te tsjing dit keer het 17de plankje. Dit gaat over leiderschap, over heersers. Het bevat een aantal belangrijke aanwijzingen waar we de echte, de grote leiders vinden. Ik geef je eerst de hele tekst te lezen en deel dan met je hoe deze mij heeft geïnspireerd om deze blog te schrijven. Hier komt hij:

  1. De grote heersers – ze worden door de mensen niet opgemerkt;
  2. De minder grote – die hangen zij aan en loven ze,
  3. De lagere – die vrezen ze.
  4. De nog lagere – die verachten ze.
  5. Want waar het geloof ontbreekt, kan het niet met geloof tegemoet getreden worden;
  6. Hoeveel gewicht moet aan woorden worden gehecht?

De eerste vier zinnen vertellen ons over vier soorten leiders: de grote; minder grote; lagere en nog lagere leiders. Het is opvallend dat we de echte grote leiders niet opmerken. Dit is een belangrijk gegeven. De echte grote leiders doen hun werk achter de schermen, we zien ze niet, maar merken wel het effect van hun invloed. Het zijn de stille voorbeelden die we navolgen. Het is de verzorger van bejaarden, het is de onderwijzer in een achterstandswijk, het is het kind dat zijn zieke ouder verzorgt, het is een leger van mensen die niet klaagt maar doet. Het zijn niet de mensen die een ridderorde krijgen, het zijn niet de helden. Het zijn zeker niet de mensen die een positie van leiderschap bekleden. Want die zijn zichtbaar en behoren tot de drie overige categorieën.

Ik begin met de laatste de nog lagere. Veel politici behoren tot deze groep, dit is een reden waarom populisme een grote voet aan de grond gekregen heeft. Dit is waarom er zo’twereboosheid jegens de elite is. Overigens de populist wordt net zo veracht als de in het pluche plakkende partijpoliticus. Veel managers behoren tot die laatste groep. Mensen zullen het niet zeggen, ze zijn immers afhankelijk van diezelfde managers die ze verachten. Een stapje beter is de lagere die vrezen we. Herken je die? Ik wel, de manager die zich niet beheersen kan en die zijn boosheid emotioneel uit. Dat word je bang van, ik ken veel mensen die hun baas zat zijn. Alleen de term baas, hoe haal je het in je hoofd om te denken dat we in deze tijd nog bazen nodig hebben. De baas daar zijn we bang voor en dat is maar goed ook want wie zich nog baas noemt, wel ik weet niet of die wel te vertrouwen is.

De minder grote die weet in ieder geval zijn mensen te inspireren. Zij wordt vereerd, gevolgd en geloofd. Echter zij zijn niet de grote leider, zij zijn minder, maar niet dat waar we aan denken als we het over grote leiders hebben. Wanneer er leiderschap is, dan is er geloof of vertrouwen in ons gezamenlijke kunnen. Leiderschap dat zie je niet in een individu die mooie inspirerende woorden spreekt. Leiderschap dat is de eigenschap van de hele groep. De grote heerser wordt niet opgemerkt enkel en alleen omdat hij helemaal niet bestaat. Er valt niets op te merken. Hoe hard we ook zoeken, we vinden niet de leider in ons midden, omdat die leider niet een enkel persoon is, neen die leider zijn we zelf met elkaar! Het is de gelukkige omstandigheid dat mensen bij elkaar komen en een gezamenlijke richting gaan volgen. Hoe dat komt? Dat kan niemand zich echt meer herinneren. Waarschijnlijk is het ook wel meer geluk dan wijsheid.

Wat kan ik dan doen, vraag je jezelf misschien af. Wel, mijn antwoord: niet zoveel.

Is IPMA Agile

Een tijdje terug las ik een verhaal geschreven door iemand die niet goed begreep wat de competentie standaard van de internationale projectmanagementvereniging IPMA eigenlijk is. Hij vond IPMA te complex en niet meer van deze tijd. Van tijd tot tijd kom ik dit soort beweringen tegen in blogs of posts op mijn timeline. Ik ben het daar niet mee eens en wel om een aantal redenen. Ik begeleid al zo’twere15 jaar kandidaten bij de voorbereiding voor hun assessment en mij is het nodige opgevallen. Zowel over de standaard als over de kandidaten die uiteindelijk met vlag en wimpel slagen.

Eerst iets over de standaard.

IPMA is geen methode, zij schrijft niet voor dat je een PID schrijft, een backlog groomt, een reeks registers bijhoudt en dergelijke zaken die je in de meeste methodes tegenkomt. Als jouw trainer je vertelt dat IPMA dergelijke zaken verplicht stelt, dan is deze of niet goed op de hoogte of hij staat gewoon de boel te bedriegen. Helemaal wanneer hij stelt dat je PRINCE2 certificaten moet hebben, dat is een van de grote leugens die trainingsbureaus verspreiden. 

De eerste misvatting die mensen hebben, is dat IPMA een methode is. Dat is het niet, het is een competentiestandaard die de vereniging beschreven heeft in de individual competence baseline (ICB). Deze gaat over competentent gedrag. In tegenstelling tot veel methodes heeft IPMA een ideële doelstelling en geen commerciële. Als zij al iets commercieels doen, dan is het om als vereniging overeind te blijven. Bij IPMA gaat het om competentere mensen, want die zijn de werkelijke sleutel tot succes.

Als je jezelf verdiept in de competentiestandaard dan zie je daar vele indicatoren van competent gedrag. Vele honderden! Dergelijke mensen bestaan echter niet! Niemand voldoet aan de standaard die de ICB stelt. De lat ligt hoger dan je ooit kunt springen. Echter elke indicator is een aanknopingspunt tot verdere ontwikkeling. Welke moet je nemen? Dat is iets dat jezelf bepalen moet. Ik zou zeggen degene die je nodig hebt. Dat is echte wendbaarheid, dat is individual agility. De ICB is niets meer of minder dan een aanzet tot persoonlijke ontwikkeling. Als je besluit om jezelf te certificeren, dan gaat het niet om het certificaat. Integendeel, het gaat om de zelfreflectie waartoe je ‘gedwongen’ wordt. Je doet een diepgaande zelfreflectie. In een rapport beschrijf je wat jouw aandeel is geweest in het succes van een projectteam. De zelfkennis die je opdoet maakt je wendbaarder. Hiermee is IPMA zo Agile als het maar kan.

Nu iets over de mensen.

Ik heb vele honderden kandidaten begeleid en er is een ding dat me opvalt. Er is een groep die de certificering net haalt, ze hebben competent gehandeld, ze hebben het gedaan volgens het boekje. Of dit nu PRINCE2 of Projectmatig Werken was. Er was een PID, meerdere registers, een organogram, ga zo maar door. Je kunt je afvragen of zij wendbaar zijn. Dan is er de groep die met vlag en wimpel slaagden. Die deden het vaak niet volgens het boekje. Die hadden hun aanpak niet uit de methode, maar uit de praktijk van datzelfde moment. Dit waren de mensen die zo wendbaar waren als Agile zich maar kan wensen. Dat waren de toppers onder de gecertificeerden.

Ik denk dat op elk IPMA certificaat een extra kwalificering zou moeten staan, niet cum laude, maar wendbaar.