Ik ben trainer en begeleid mensen bij de IPMA certificering, zowel de theorie als de praktijk. Dat doe ik nu al zestien jaar. Als ik zou bloggen als de meeste bloggers bloggen zou de volgende zin zijn, dat het regelmatig voorkomt dat mensen mij vragen wat het nut van certificeren is. Omdat mensen dat eigenlijk zelden tot nooit vragen zal ik die zin ook niet bloggen. Wanneer mensen zich inschrijven voor een IPMA training en begeleiding, dan hebben ze dat zelf al gekozen, kennelijk waren ze al overtuigd van het nut om je te laten certificeren. Voor hen is deze blog niet. Ik schrijf nu specifiek voor die mensen die nog nooit over certificeren hebben nagedacht en dus al helemaal niet over het nut ervan.
Als trainer zie ik certificeren als een motivatie-instrument voor mensen om de theorie in te duiken, zich te verdiepen in een reeks aan (project)managementtheorieën. Daar zo’n 80-100 uur aan te studeren om daarna een examen te doen. Wat een verdieping. Dat aantal uren zouden ze nooit hebben besteed als dat examen er niet was. Daarna voordat ze naar de praktijkcertificering gaan, schrijven ze een rapport, en maak ik hen nog even net iets moeilijker als dat de IPMA assessoren doen om ze zo aan de zelfreflectie te krijgen. Wanneer is het voor het laatst geweest dat je zoveel tijd gestopt in een evaluatie van hoe jij hebt gefunctioneerd als projectmanager. Dat is wat een certificering doet het vergroot je bewustzijn van waar je staat.
Het nut van certificeren is dat het je stimuleert om tijd te nemen om je kennis bij te spijkeren en om te reflecteren over je competenties. Daar neem je anders de tijd niet voor, nu wel. Als kroon op het traject, wanneer je competent bevonden bent, dan krijg je een certificaat. Je hebt werkelijk aangetoond dat je het kunt.
De reflectie en de studie verrijken je en dat is de toegevoegde waarde van certificeren.