Massaal aan de burn-out

Vanochtend las ik dat bijna een derde van de medewerkers in Nederland wel eens verzuimt vanwege psychische klachten, meestal stressklachten. Grote arbodiensten nemen steeds vaker bedrijfspsychologen in dienst om hierop in te spelen. In deze nieuwsbrief deel ik mijn gedachten hierover, want het lijkt soms alsof we in Nederland massaal aan de burn-out gaan. Grofweg zie ik drie oorzaken die ik wil uitwerken: we willen te veel, we horen te veel en er zijn te veel hulpverleners op dit gebied. Stress laat zich immers samenvatten in twee woorden: te veel.

We willen te veel

Als je het beste uit jezelf wilt halen, je droom wilt leven, een goede baan met een goed salaris wilt hebben, én daarnaast een relatie wilt opbouwen met iemand die hetzelfde wil, een gezinnetje met twee kinderen in een mooi huis in de Randstad, dan wil je misschien te veel. Op een gegeven moment trek je het gewoon niet meer.

We horen te veel

Elke dag worden we overspoeld met negatieve berichten via het nieuws. Hoewel de media objectief proberen te blijven, is het merendeel van het nieuws niet positief. Neem klimaatverandering: een zware regenbui wordt al snel neergezet als een apocalyptisch teken. Of de politiek: dit weekend hoorde ik een partijleider zeggen dat zijn partij voor de grootste uitdaging stond sinds de Tweede Wereldoorlog. Nederland zou ten ondergaan. Hoezo?

Als je dit alles op je laat inwerken en denkt dat jij als individu hier iets aan moet doen, bijvoorbeeld door te protesteren, terwijl je daarnaast ook werkt, een partner hebt en kinderen opvoedt, is het niet vreemd dat je klachten krijgt. Sterker nog, er zou iets mis zijn als je die niet kreeg. Klachten zijn signalen: tijd om iets te doen.

Te veel hulpverleners

Het aanbod creëert de vraag. Ik twijfel niet aan de goede bedoelingen van veel hulpverleners, maar ik heb wel mijn bedenkingen. Zodra een organisatie een dienst aanbiedt, zoekt ze actief naar klanten. Hoewel sommige mensen hier echt baat bij hebben, vermoed ik dat er op het gebied van stress ook sprake is van overbehandeling. Immers ook de hulpverlener wil zoveel mogelijk klanten.

Te veel is ook de oplossing

Het woord te veel bevat ook de oplossing: minder. Als je het te druk hebt, doe dan minder. Verlaag de lat, stel realistischere doelen. Dat klinkt simpel, maar dat is het niet. Ik worstel hier mijn hele leven al mee en neem nog steeds regelmatig te veel hooi op mijn vork. Soms heb ik hulp gezocht, en telkens weer was het antwoord: doe minder. Ja, er zijn periodes waarin je geen keuze hebt en door moet, maar die periodes zijn nooit blijvend. Er komt altijd weer een moment van minder

 

Belofte of standpunt

Gemaakt met Adobe Firefly

Taskforce

Ik ben lid van een taskforce die het verkiezingsprogramma voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2026 van de VVD in Ouder-Amstel ontwikkelt. Een verkiezingscampagne is eigenlijk een gewoon project, maar met een vaste einddatum en medewerkers die allemaal vrijwilliger zijn. Vrijwilligers met een stevige politieke mening, gebaseerd op onze liberale kernwaarden: vrijheid, verantwoordelijkheid, verdraagzaamheid, sociale rechtvaardigheid en gelijkwaardigheid. Wie kan het daar nu mee oneens zijn?

Ik ben nieuw in de politiek en probeer me zo goed mogelijk te informeren. Ik lees zowel voor- als tegenstanders van de VVD en reflecteer daarop. Ook volg ik veel bewindspersonen en enkele Kamerleden om te zien hoe zij zich profileren, en ik lees de commentaren die daarop volgen. Vooral de negatieve reacties, want daarvan kan ik leren. Vaak hoor ik het verwijt dat de VVD lang heeft meegeregeerd en dat het nu een puinhoop is. Iets waarvan ik persoonlijk weinig merk, want ik vind dat we in dit land prima kunnen leven. Maar ook ik zit in een bubbel, en daar zal ik een andere keer wel eens over schrijven.

Standpunten

Vanochtend, terwijl ik mijn tanden poetste en nadacht over het verkiezingsprogramma, realiseerde ik me dat zo’n programma eigenlijk geen beloften bevat, maar standpunten. Als (beginnende) politicus ben je niet in staat om grootse beloften te doen. Het enige wat je kunt beloven, is dat je vanuit bepaalde principes (kernwaarden) bepaalde standpunten inneemt en je daar hard voor zult maken. Of dat nu in een coalitie is, of in de oppositie. Dus als ik zeg dat ik me ga inzetten voor een mooi dorpsplein in zowel Duivendrecht als Ouderkerk, beloof ik niet dat het er komt, maar dat dit een van mijn drijfveren zal zijn in mijn politieke werk.

Tijdens de verkiezingen zal dat het eerlijke verhaal zijn. Politici die zeggen “dat ga ik regelen,” spreken vaak niet de waarheid. Soms doen ze dat bewust, soms uit onwetendheid. Maar verwarrend is het wel, want inwoners die niet politiek actief zijn en slechts af en toe naar de stembus gaan, raken teleurgesteld in die vermeende beloften.

Toch nog een belofte

Laat ik dan tot slot toch nog een belofte doen: Ik zal tijdens mijn politieke carrière regelmatig bij je terugkomen om uit te leggen hoe het politieke bedrijf werkt, welke standpunten we innemen en waarom we dat doen. Maar ook om te laten zien dat we te maken hebben met andere meningen. Als we naar elkaar luisteren, kunnen we oplossingen vinden voor de uitdagingen in onze gemeente, provincie, land en zelfs de wereld. Mooi toch?

 

Help er is geen oppositie meer

Voor een goed functionerende democratie heb je een sterke oppositie nodig, vooral één die zich richt op de inhoud. Ik heb dan ook met verbazing naar de hoorzittingen gekeken waarin de nieuwe bewindslieden zich konden presenteren. Wat een vertoning! Als dit de strategie is die we de komende jaren gaan zien, dan durf ik te zeggen dat de kans dat dit kabinet de rit uitzit aanzienlijk toeneemt.

Elke keer weer dezelfde vraag over een zekere complottheorie, gevolgd door verwoede pogingen om deze te koppelen aan het naziverleden. Ze waren vergeten dat woorden in de loop der decennia van betekenis veranderen en dat sommigen ooit de klok hebben horen luiden, maar niet weten waar de historische klepel hangt. Het was bij de beesten af, en daarom moeten ze er nog maar eens goed over nadenken. Het gedrag was onbeschoft en niet goed doordacht!

Toen de persoon over wie men de meeste afschuw voelde hen met een aardig staaltje retoriek van repliek diende, moet de vrees wel diep hun linkse ziel getroffen hebben. Begrijp me goed, ik voel dezelfde afschuw. Echter, de wijze waarop de woorden ‘zorgelijke demografische ontwikkeling’ keer op keer vergezeld werden met de vermelding dat het ‘een andere tijd’ is, miste hun uitwerking niet. Wat de oppositie niet goed begreep, is dat de antwoorden van de aanstaande ministers niet bedoeld waren voor de Kamerleden, maar voor de achterban en voor de twijfelaars.

Maak iemand tot een martelaar en je bent in de politiek vaak zelf het slachtoffer. Dat is, vrees ik, wat er de komende jaren gaat gebeuren, waardoor de grootste partij van Nederland er alleen maar door zal groeien. Ik vraag me af of partijen ter linkerzijde zich dit realiseren. Mijn partij, de VVD, maar ook het NSC zullen pogingen doen om die doelen die voor hun achterban belangrijk zijn te realiseren. Ik hoop dan ook dat ze de onervarenen leren dat je met oneliners geen duurzaam beleid smeedt. Of het kabinet daarbij dan tegengas krijgt van een pragmatische oppositie die niet zozeer door ideologie gedreven is, maar door praktisch nut, dat betwijfel ik.

In de tussentijd houd ik me bezig met de lokale politiek; die is al ingewikkeld genoeg.