De meeste Agile evangelisten zijn niet agile

Daarom verkiezen wij mensen en hun interactie boven processen en hulpmiddelen.

Het is de eerste zin uit het Agile Manifesto, vier regeltjes die tezamen verantwoordelijk zijn geweest voor wat tot op dit moment een van de belangrijkste ontwikkeling in de software-ontwikkeling is geweest. Weet je wat mij nu opvalt? Dat de meeste Agile evangelisten helemaal niet agile zijn. Ze lijken meer op de vastgeroeste geestelijkheid tijdens de reformatie dan op de gelovigen die toen terecht aanpassingen wilden in de kerk.

In de meeste literatuur over Agile lezen we dat je je precies aan de voorschriften moet houden. Ook raadt men met klem aan dat je iemand in moet huren die je coacht in deze nieuwe filosofie. De certificeringen vliegen je om de oren. “In de pocket” jubelen onze connecties op LinkedIn. Als de aanpak niet dat oplevert wat men verwacht dan ligt het steevast aan het lijnmanagement die niet voor de benodigde randvoorwaarden zorgt, of aan de cultuur van een organisatie. Men is er dan nog niet aan toe. Uiteraard is er een Agile Maturity Model en uitgebreide richtlijnen hoe je Agile processen inricht. 

HO, WACHT EENS!

Agile processen? Nu begrijp ik het niet meer 😉 We hebben toch mensen en hun interactie verkozen boven processen en hulpmiddelen. Om maar meteen even door te gaan op het laatste: de hulpmiddelen. Er zijn heel veel Agile hulpmiddelen te koop: white-boards; post-its in verschillende kleuren en vormen; magnetische post-its, ook weer in verschillende kleuren; magnetische lijnen (wat is er mis met lijnen die je met een stift trekt?); natuurlijk kan je dit ook allemaal elektronisch doen. Dan hebben we nog een stapel kaarten voor planningspoker, het wachten is op een app waar je tegen zegt dat deze moet doen of er acht leden tegelijkertijd – volautomatisch – een schatting maken. Als je het een beetje volgt, zijn volgens de meeste Agile predikanten de processen en hulpmiddelen belangrijker dan de mensen en hun interactie. Althans dat dragen ze uit. Daarom zijn ze dus niet agile. Het zijn wolven in schaapskleren, of dogmatici in een Agile-pak, laat je dus niet misleiden want bij Agile gaat het om heel iets anders.

Daar gaat het om mensen en hun interactie. Het gesprek moet gaan over de diepere drijfveren van mensen, waarom vertrouw je mensen niet, waarom weet de productowner onvoldoende van de behoeften van toekomstige gebruikers? Het gaat over communicatie, over onderling inlevingsvermogen, over de extra mijl om de sprint te halen, het aanpassingsvermogen dat mensen tonen bij tegenvallende resultaten. Agile is wendbaar en pragmatisch, het houdt niet vast aan richtlijnen, het doet wat nodig is, het wendt en keert het tij ten goede. Dat is Agile, althans wanneer we de eerste regel van het manifesto lezen. Op de tweede plaats, komen de processen en de hulpmiddelen maar pas heel veel later.

Over leidinggeven zonder macht kun je niet spreken

Zelfsturing is hot en daarmee is ook weer het oude thema over leidinggeven zonder macht uit de kast gehaald en afgestoft. Mijn gedachten of dit überhaupt mogelijk is, deel ik met je in deze blog. Want eerlijk gezegd heb ik hier mijn twijfels over. Als ik terugkijk naar de leiders die ik in mijn eigen leven heb gehad dan hebben ze allemaal, zowel de goede als de slechte, de een of andere vorm van macht over mij gehad. Nu kan het zijn dat ik niet het geluk gehad heb om iemand te ontmoeten die leiding gaf zonder macht, maar toch vind ik het vreemd.

Als je mij een beetje kent dan weet je dat een van mijn favoriete filosofen Ludwig Wittgenstein is. Zijn taalfilosofie heeft mijn kijk op wat we met woorden en taal doen blijvend veranderd en daardoor de manier waarop ik naar de wereld kijk sterk beïnvloed. In zijn traktaat over de logische filosofie gaat hij in op een discussie die er in zijn tijd was onder wiskundigen over de logica. Zonder daar dieper op in te gaan, heeft zijn laatste stelling betekenis voor het onderwerp leidinggeven zonder macht. Ik zal uitleggen waarom.

Stelling 7: Men moet zwijgen over dat waarover men niet kan spreken.

Wat is leidinggeven precies? Naar mijn idee komt het er uiteindelijk op neer, dat iemand een voorstel doet om met zijn allen een bepaalde richting op te gaan en dat er dan een aantal mensen gaan handelen naar dat voorstel. Soms is dat dwingend, soms neemt het meer democratische vormen aan. Iemand is instaat invloed uit te oefenen. Soms ervaart men dit als prettig, soms als ronduit vervelend. We hebben te maken met positionele en persoonlijke macht, maar altijd heeft de beïnvloeder een bepaalde vorm van macht over de ‘volgeling’. 

Over het algemeen spreken we over positionele macht wanneer iemand invloed op ons uitoefent die zijn oorsprong vindt in de plaats die men in de machtstructuur inneemt. Hij kan ons daardoor zowel op korte als op lange termijn kwaad doen, dat maakt dat we ‘gehoorzamen’. Bij persoonlijke macht lijkt het een vrijwillige keuze waar we zelf kiezen of we iemand vanwege zijn uitmuntende persoonlijkheid volgen. Maar als je het goed bekijkt, is dat niet het geval. Leiders die gebruik maken van persoonlijke macht hebben vaak in meer of mindere mate een hypnotiserende invloed op ons. De leiders die gebruik maken van beiden, zijn het effectiefst in het verzamelen van volgelingen, kijk maar eens naar de politiek.

De uitdrukking leidinggeven zonder macht is een nietszeggende zin omdat er zonder persoonlijke als positionele macht geen sprake van leiderschap meer is. In wiskundige termen: de doorsnede van de verzameling leiders en mensen die geen macht uitoefenen is leeg. Dit soort personen bestaan er niet. 

Wat bedoelen we dan wel met leidinggeven zonder macht? Wie zijn de mensen die boeken over dat onderwerp kopen (ik heb er een paar in de kast staan) of een cursus daarover volgen (ik geef daar wel eens training in)? Dat zijn de mensen die ervaren dat ze “te weinig” gedaan krijgen en op zoek zijn naar meer macht om mensen de beïnvloeden. Mensen zoals jij en ik, die een goed idee hebben maar daar onvoldoende draagvlak voor krijgen.

Waarom je niemand in het ‘zonnetje’ moet zetten

Dit is de derde blog in de ‘Lao Tze’ categorie, waarin ik de tau te tsjing als inspiratiebron gebruik voor mijn blogs en kijk hoe deze duizenden jaren oude wijsheid van nut kan zijn voor voor projectmanagers in de 21ste eeuw.

Een aantal zinnen uit de derde tekst: Het niet roemen van de achtenswaardigen, houdt het volk ver van naijver. … … … . Hij laat hen nimmer weten wat kwaad is, nog verlangen naar het goede, zo geeft hij de sluwen geen kans tot handelen.

Elke keer zeg ik dat het proces van begrijpen belangrijker is dan het begrip zelf. Wat lezen we hier nu feitelijk? 

Het is een oproep aan de leiders van onze wereld, organisaties, afdelingen en projecten. Fnuikend voor een goede samenwerking is naijver, jaloezie, afgunst. Over het algemeen vinden we dat dit iets is wat we als mensen zelf onder controle moeten brengen. Jaloezie is een slechte emotie, net als de andere die ik noemde. Naijver is egoïstisch en moeten we overwinnen. Wat verrassend is aan deze tekst, is dat deze de verantwoordelijkheid voor het ontstaan van deze gevoelens legt bij de leider, die moet zorgen voor een omgeving waar naijver niet kan ontstaan. Bijvoorbeeld door niemand in het zonnetje te zetten.

We hebben het allemaal wel eens meegemaakt. De manager prijst iemand voor zijn goede prestaties en hoopt daarmee de motivatie van de afdeling omhoog te brengen. Het tegendeel is het geval, collega’tain’thebben zo hun gedachten daarover, sommigen zijn jaloers, andere boos. Dat zeggen we niet, want dat is niet professioneel, integendeel we feliciteren de ander. Maar diep, diep in ons hart, denken we anders. Met het prijzen is de relatie binnen de groep verziekt. Een leider zou moeten stoppen met het roemen van medewerkers, de resultaten van hun werk zouden voorzich moeten spreken. Roem komt van gelijken, niet van de meerderen. Dit is iets om over na te denken wanneer je over teambuilding denkt.

We gaan nog een stap verder. Iedereen die niet de managementladder opgeklommen is, weet het. Naarmate je hoger in de hiërarchie komt, neemt het aantal sluwe mensen toe. Je vindt gemiddeld meer ratten in de top van een organisatie dan op de werkvloer. Iets wat topmanagers zich zouden moeten realiseren. Daarom moet je als leider een beetje een mysterie voor je mensen zijn. Een beetje onberekenbaar, niet al te voorspelbaar  op die manier houd je de sluwe vossen uit het bestuur van de organisatie.

Dit beste lezer is de reden waarom je voorzichtig moet zijn met het prijzen van mensen.